Het adresveld wordt zodanig geplaatst dat het in het venster van een vensterenvelop zichtbaar is als het venster 5cm onder de bovenrand van de envelop begint. Omdat er zowel vensterenveloppen zijn met het venster links als rechts, is er een optie adresrechts die het adresveld rechts plaatst. De voorkeurspositie is echter links; er blijft dan namelijk rechts een `ontvangerruimte' waar de geadresseerde stempels (`binnen gekomen dd.') en dergelijke kan zetten.
Het adresveld komt op dezelfde manier tot stand als in de oude `letter' stijl: de gebruiker geeft
\begin{brief}{Jan \TeX er\\ Overfullplein 10000 \\ Baselinestad}in, en hieruit destilleert LATEX de naam en het verdere adres van de geadresseerde. De naam komt nog voor op de vervolgbladen.
Het schijnt van de PTT te mogen dat er (helemaal boven) in het ruitje
van de vensterenvelop een antwoordadres wordt opgenomen,
als dat maar gebeurt zodanig dat het geen verwarring
schept met het adres. Er is een commando \antwoordadres
dat een adres als argument accepteert,
met de regels gescheiden door \\
.
Voorbeeld:
\maakbriefhoofd{WG13}{De de facto standaard \\ in Vaderlandse \\ \TeX verwerking} \antwoordadres{Mathematisch Instituut \\ Toernooiveld 5 \\ 6525 ED Nijmegen}